Ik ren als een gek door het huis heen.
“Streepieisindetuin Streepieisindetuin Streepieisindetuin Streepieisindetuin”.
Het ging vanmorgen al mis.
Toen zat er een grote witte hond achter Puck en mij aan.
We konden maar net op tijd ontsnappen via de tuin.
Maar door het open poortje is Streepie nu doodleuk naar binnen gewandeld.
En zit hij te krabben aan ONZE paal.
Vrouw: doe iets!!!
Gelukkig, ze gaat naar buiten.
“Dag Streepie”.
“Hi Babe”.
“Wat kom je doen?”
“Jou een kopje geven.”
“Dat is lief. Maar Puck en Pim willen dat je weggaat.”
“Wie zijn dat?”
“Kijk, ze zitten voor het raam.”
“Wat moet je met die losers?”
“Kom op Streepie, eruit!”
“Nog een kopje. Prrrrr. Jij bent best een leuke Vrouw.”
“Ga nu maar.”
“Okay. Zie ik je morgen weer?”
“Eh..eh..”
Echt.
Wie is hier nou de loser?
Pimmetje