Lalalalalalalalala……
Ben een beetje uit de depressie.
Ik slaap nog wel achter de bank.
Daar is het best veilig en warm.
Maar verder heb ik nu speeltherapie.
Met Vrouw en zonder Puck.
Die mag alleen kijken hoe ik ren.
Er zijn balletjes met veertjes die het hele huis doorvliegen.
En veel aandacht van Vrouw.
Om te bedanken kruip ik weer naast haar op de bank.
Soms.
Je moet dat niet te vaak doen natuurlijk.
Anders zijn de balletjes dadelijk weer weg.
Puck baalt.
Hoop niet dat hij nu depressief wordt.
Er is geen plek meer achter de bank.

Pim

Ik zit in een crisis.
Achter de bank.
Al een week.
Ik ben er even klaar mee.
Vrouw was erg ongerust.
“Lust je wel eten, Pim?”.
Altijd.
Als je het brengt, helemaal.
Maar ik blijf achter de bank.
Puck komt regelmatig kijken.
“Wat doe je gek.”
Vrouw brengt nu geen eten meer.
Ook voor mijn poepjes moet ik soms weg..
Maar verder blijf ik in mijn dip.
En zit ik goed achter de bank.
Helaas kotste Puck net op de vensterbank.
Een groot deel viel achter de bank.
Zit nu even onder het bed..
Soms is een andere crisis groter.

Ik vind het prettig als Vrouw onze bakken schoonmaakt.
Begeleiding daarbij is noodzakelijk.
Zij zit op de grond alles leeg te scheppen en ik kijk mee vanuit de stoel.
Af en toe leg ik een poot op haar hoofd.
Dat ze het goed doet en zo.
Laatst vulde ze de trommel met onze brokjes.
Ook op de grond in een kast.
Er vielen een paar brokjes naast de trommel.
Natuurlijk wilde ik ze pakken maar Vrouw was sneller.
Daardoor viel de stofzuiger om.
Op het hoofd van Vrouw.
Dat krijg je ervan.
Als je mij dwars zit.
Krijg je in plaats van een poot.
De stofzuiger op je kop.

Op mijn kont zit ik rustig in de tuin.
Net waren we even buiten de tuin.
Puck en ik.
Komt ineens die zwarte poes van over het bruggetje op ons af.
Puck schiet meteen in een boom.
Ik kon gelukkig weg komen.
"Waar is Puck?", vraagt Vrouw.
Die redt zich wel.
Toch?
Ik ben er in ieder geval.
Vrouw roept Puck.
Een stilte blijft.
Dan: een schreeuw, geruis van bladeren en een klap.
Puck racet door de poort, de tuin in, het huis door en eindigt onder het bed.
Vrouw sluit het poortje.
Daarna kijkt ze naar mij.
Ik zit nog op mijn kont.
Soms gaan dingen gewoon te snel.

Het is warm.
Tegenwoordig zit ook babybroer Pim vroeg in de tuin.
Even bijkomen in de koele ochtendlucht.
Dan vind ik er niks meer aan.
Ik blijf wel binnen op de klimpaal.
Vrouw moet weg en roept Pim.
Hij komt niet.
Tuurlijk niet.
Breeduit zit meneer op het grasveld.
Zogenaamd fladderaars te bestuderen.
Vrouw komt terug met het snoepblikje.
Ja hoor.
Als een Speedy Gonzales rent Dombo naar binnen.
En krijgt hij snoepjes.
Ik lig hier altijd al.
Ik BEN al binnen.
En wat krijg ik?
"Brave Puck".
Zucht.
Morgen maar weer naar buiten.

Streepie is erg brutaal en ordinair.
Niet helemaal mijn niveau.
Opnieuw kwamen we elkaar buiten tegen.
En hij begon meteen weer te treiteren.
Maar ik ben de wijste en ging naar huis.
Liep ie achter me aan.
De hele route, het hek door, de tuin in.
Ik was kwaad!
Met een hele dikke staart.
Maar Streepie ging niet weg.
Ik het huis in.
Streepie weer achter me aan.
Stond ie midden in de kamer.
Gelukkig was Vrouw thuis.
"Nee maar, wil jij ..."
Floep!
Streepie maakte dat hij wegkwam.
Ik waste op de vensterbank mijn staart.
Dat moest ook gebeuren.
Op mijn niveau.

Puck

Het poortje staat open maar ik ben terug in de tuin.
't Was leuk maar ik heb het wel gezien.
Het is warm.
Puck is ook terug.
We liggen elk aan een kant van de tuin.
Puck heeft een vaste plek onder de struiken.
Daar kan Vrouw hem nooit vinden.
Ik lig open en bloot.
Dan kan ik Vrouw goed in de gaten houden.
Voordat ze het poortje dicht kan doen.
Omdat ze naar mand wil.
Ren ik namelijk gauw de tuin uit.
Niet omdat het buiten de tuin spannender is, hoor.
Maar dat wordt het wel..
als Vrouw achter je aan rent.

Apart begin van de dag!
Vrouw kwam binnen en zag Puck spelen.
Hij stelde zich erg aan.
Vrouw keek even waar hij mee speelde.
En toen…
Gillen, jongen!
We hadden gisterenavond een fladderaar gevangen.
En in het donker mee naar binnen genomen.
Vrouw zat voetballen te kijken.
Die lette nergens op.
Hele nacht lol gehad.
Vrouw lag in mand.
Totdat ze vanmorgen op stond.
En ging gillen.
Ik nog snel met fladderaar naar buiten.
Maar daar is hij afgepakt en weggehaald.
“Dat arme koolmeesje’, zei Vrouw.
Gezeur.
Heb je het een keer leuk.
Nou ja.
Vanavond is weer voetballen.
Kijken of we opnieuw kunnen scoren.

Tegenwoordig slaap ik naast Vrouw.
Op de bank.
Dat is fijn.
Hoewel Vrouw vindt dat ik 'in de weg lig'.
Ze moet gewoon meer opschuiven.
Dan kan ik er naast liggen.
Met mijn kop in haar nek.
Lekker, hoor.
Puck ligt op de leuning.
Als ik op de bank klim, zucht hij.
En draait hij zijn kop naar buiten.
Dan is het stil.
We zeggen alle drie niks meer.
Vrouw slaapt, ik slaap en Puck baalt.
Totdat de telefoon gaat.
Ik schrik en stoot mijn kop tegen de kop van Vrouw.
Vrouw komt overend.
Ik spring van de bank.
Alleen Puck blijft liggen waar hij ligt.